Als je zes bent hoor je geen kanker te krijgen. Op geen enkele leeftijd uiteraard. Ik was zes toen ik het hoorde: Een hersentumor. Op dat moment stond mijn leven even stil, maar daar hield het alleen niet bij op. Ook na de operaties, de chemo en radiotherapie kon ik niet zomaar verder. Mensen in mijn omgeving zetten grote stappen en ik liep steeds tien meter achter hen aan. Leren, vrienden maken, communiceren, bleek allemaal niet zo simpel meer. Ik begon na te denken over de toekomst en werd bang. Want al leek ik weer gezond, het voelde niet zo. Hoe zou ik met al mijn beperkingen ooit een baan kunnen vinden en, bijna nog belangrijker, ook volhouden?
Iedereen weet wat kanker is en bijna iedereen weet wat het kan doen. Toch praten we er niet veel over. Het lijkt een taboe: Het bespreken van problemen van kankerpatiënten. Jij als ex-kankerpatiënt durft het niet en je omgeving ziet het niet. Je bent toch weer beter? Je kunt toch weer gewoon aan de slag? Vooral op de werkplek is het een groot probleem. Zowel werknemer als werknemer weten zich geen raad. En die begeleiding naar werk toe: Komt daar eigenlijk iets van terecht? Of staan ex-kankerpatiënten er echt alleen voor?
Kanker speelt een grote rol in het leven van ex-kankerpatiënten, omdat het zoveel mogelijkheden wegneemt. Ze kunnen bepaald werk niet meer doen, vanwege constante vermoeidheid, concentratieproblemen of een lichamelijke afwijking. Als je jong bent kom je veel minder snel aan werk en als werknemer bestaat de kans dat je je baan verliest. De effecten van kanker zijn soms zo onzichtbaar, dat anderen ze over het hoofd zien. Dat maakt het zo lastig te begrijpen. Als je arm in het verband zit, tonen mensen begrip voor je beperking, maar als je terugkeert na kanker denkt iedereen dat je gewoon verder kan. Er bestaan ook nog veel taboes over de ziekte, waardoor werkgevers liever geen ex-kankerpatiënten aannemen. Natuurlijk zou begeleiding door een bedrijfsarts al veel kunnen doen, maar ook daar is nog veel ruimte tot verbetering. Ex-kankerpatiënten, op weg of terug naar werk, hebben hierdoor dus nog steeds een grote achterstand op de arbeidsmarkt.
Kanker in combinatie met werk is iets heel persoonlijks. Ik bewandel namelijk zelf deze weg op zoek naar een baan. Voor mijn afstudeerproducties heb ik verschillende kanten van het onderwerp bekeken. Hoe wordt er onderzoek gedaan naar kanker en werk, waar staan de hulpinstanties en welke problemen ervaren ex-kankerpatiënten nou eigenlijk precies met betrekking tot werk? Leven na kanker is moeilijk, maar niet onmogelijk. Als samenleving moeten we er alleen meer begrip voor leren tonen. Met mijn afstudeerproject hoop ik die boodschap te verspreiden.
Sta op tegen kanker, maar sta op voor kanker en werk!