Boeren keerden zuivelcoöperatie FrieslandCampina met honderden tegelijk de rug toe om naar andere zuivelaars te vertrekken. Gek, want FrieslandCampina was nog steeds koploper in de melkprijs. Welke gebeurtenissen hebben ertoe geleid dat boeren hun coöperatiehart verloren? In gesprek met melkveehouders en FrieslandCampina.
‘’In de tijd dat mijn ouders het bedrijf nog runde was FrieslandCampina, toen nog Frieslandfoods, een bedrijf om trots op te zijn.’’ Jos Rotteveel schenkt sterke zwarte koffie in. De melkveehouder draagt een polo boven een spijkerbroek. Zijn klompen staan naast de voordeur. Ernaast hangt een blauwe overall. De geur van het boerenerf is de keuken binnengedrongen.
Jos en zijn vrouw boeren sinds 2004 op de vruchtbare grond in het Friese Irnsum. De moderne stal is van alle gemakken voorzien voor de honderdvijfentwintig zwartbonte dames die dagelijks aan de melkmachine worden vastgekoppeld. De boerderij is van generatie op generatie doorgegeven. ‘’We waren tevreden bij de coöperatie. De lijntjes waren kort en de leden werden betrokken bij het reilen en zeilen van de fabriek. Je runt eigenlijk met elkaar een bedrijf. Het was een grote familie. Maar toen kwam die fusie.’’
De fusie tussen Friesland Foods en Campina zorgde voor een ommezwaai in de positieve band die de familie Rotteveel voelde met de coöperatie. ‘’De afstand tussen veehouders en de fabriek werd steeds groter. Langzaam vatte ik het idee op om over te stappen naar concurrent A-ware.’’ Maar dat stuitte op onbegrip bij collega-melkveehouders en familie. ‘’Ik heb er heel veel slapeloze nachten om gehad.’’
Slaapt boer Jos inmiddels weer? En hoe gaat FrieslandCampina met de ontevreden melkveehouders om? Je leest het allemaal in deze longread.